Na Belén was er geen internetmogelijkheid tot hier in Chilecito, een wat grotere plaats. Eigenlijk valt er over de route van de afgelopen dagen niet zo veel te zeggen dan dat hij grotendeels saai was, lang en soms met een stormachtige wind. Dinsdag kwamen we na 13 km nog door een leuk dorpje, Londres (=Spaans voor Londen) maar het plezier werd vergald door een lekke band. Denk je met de beste banden, Schwalbe Marathon XR, te rijden en dan al na 1000 km lek. Later bleek dat het niet aan de buitenband lag, want binnen 30 km kreeg Jan nog twee lekke banden, allemaal achter en aan de velgkant. Aan het velglint was eigenlijk niets bijzonders te zien, dus het bleef een raadsel. Het verlagen van de spanning van 4 tot 3 bar bracht de komende 190 km redding. Vandaag toch een nieuw velglint gekocht en een nieuwe binnenband en nu maar zien of het definitief helpt. Dat was dus het materiaalprobleem. Na Londres kregen we een stuk van 60 km met welgeteld één (flauwe) bocht. En niet te vergeten: twee paarden en drie stieren langs de weg. Inmiddels ging het steeds harder waaien en steeds meer uit verkeerde richting. Na veel moeite bereikten we tenslotte een soort oase in de woestijn met 7 dorpen vlak na elkaar, met ook een eenvoudig hotelletje met eetgelegenheid. We konden ons bij aankomst in Salicas niet herinneren ooit zo na een koele fles cola te hebben verlangd. Die was er gelukkig. De afstand was 98 km, het gemiddelde 17,9, het was heet en zonnig en we overwonnen 250 hoogtemeters.
We vertrokken dinsdag in alle vroegte vanuit Salicas en nuttigden een uur later in de woestijn ons ontbijt onder een eenzame boom. Zoals wel vaker gaat het na een stop ineens hard waaien uit de verkeerde richting. Zo ook deze keer. Met veel moeite bereikten we na 51 km het dorp Pituil met een laag gemiddelde van 16,1 km/u. We moesten daarna naar het zuiden draaien en dan zouden we pas echt de wind tegen krijgen. We baalden, want met nog 70 km voor de boeg leek dat een onmogelijkheid. Op de plaza (het centrale plantsoen dat elke stad en elk dorp in Argentinië heeft) wachtten we op de bus die 5 uur later zou komen.
Een hostal zagen we hier ook niet, dus kozen we voor deze oplossing. Nadat we gekookt hadden en de boel weer ingepakt bleek dat de wind helemaal weg was. Dus gingen we na een pauze van 3 uur welgemoed weer op pad om Chilecito te bereiken. Zo werd onze dagafstand tenslotte 123 km, klommen we in totaal zo´n 700 meter en werd het daggemiddelde 18 km/u. We hadden wel bijna 7 uur op de fiets gezeten, maar hadden het toch gehaald zonder openbaar vervoer!
Inmiddels hebben we 1306 km afgelegd tijdens deze fietsvakantie.
Vandaag genieten we van onze welverdiende rustdag. Per slot van rekening hadden we de laatste 5 dagen bijna 500 niet al te gemakkelijke kilometers afgelegd. We hebben hier het museum van de Cable Carril bezocht, de langste kabelbaan ter wereld met 36 km en 3500 hoogteverschil. Hoewel de kabelbaan al 70 jaar grotendeels buiten gebruik is, schijnt hij nog vrijwel compleet en in redelijke staat te zijn.
Hij werd tot 1935 gebruikt om goud- en zilvererts van 4600 meter hoogte te vervoeren naar de stad en ook de mijnwerkers gingen zo heen en weer, een reis van 4 uur. Er zijn 9 stations waar stoommachines zorgden voor de aandrijving. Tot in de 90er jaren werden toeristen vervoerd tot het tweede station, maar dat werd om veiligheidsredenen gestopt. De rondleiding in het museum was leuk en we konden het Spaans deze keer goed volgen. We kunnen vanuit de stad de berg goed zien met nog steeds een sneeuwkap op de top.
Ook hier is weer een mooie plaza, met als bijzonderheid een standbeeld van (na Evita) de beroemdste Argentijn, Ché Guevarra.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten